week 6

Ik wilde deze blog beginnen met: “zo lang ik me al kan herinneren, schrijf ik verhalen.” Nou schijnt het zo te zijn dat je vanaf je vierde jaar begint met het opbouwen van herinneringen. Mijn openingszin klopt dus niet helemaal, want op mijn vierde kon ik nog niet schrijven natuurlijk. Laat ik het in ieder geval zo stellen: vanaf het moment dat ik kon schrijven, deed ik dit ook. Laatst nog kreeg ik twee schriftjes van mijn moeder, oud en vergeeld, maar vol met verhaaltjes van een jong kind. Dat jonge kind, ben ik. Mijn grote droom was vroeger al om schrijver te worden. Naar mate ik ouder werd, zag ik dit niet meer als mijn hoofddoel en heb ik lange tijd het schrijven gelaten voor wat het was. Tot ik op reis ging en voor de thuisblijvers reisblogs ging schrijven. Toen merkte ik weer, hoe fantastisch schrijven eigenlijk is. Daaruit is het grapje ontstaan binnen mijn familie, dat ik ooit nog wel eens een boek zou schrijven. ‘Ooit’, dat klinkt als iets wat toch nooit gaat gebeuren. Tot ik me vorig jaar bedacht dat ‘ooit’, nu misschien wel aangebroken was.

Het schrijven van mijn boek lijkt een never ending story
Dat ‘ooit’ werd vervolgens vanuit vele hoeken gestimuleerd. Ik kreeg wat kansen en kende wat mensen die weer wat mensen kende. Mijn belofte aan mijzelf om nú dat boek te gaan schrijven, kreeg ineens vorm. Het enige wat je dan nog nodig hebt voor een boek, is een verhaal. Dat verhaal verzinnen heeft me veel tijd gekost. Nog steeds veranderen de storylines ongeveer iedere week. En ook vaak twijfel ik of het verhaal wel echt spannend en leuk genoeg is voor een boek. Anyway, waar het om gaat is, dat ik nu in principe aan de slag kan met schrijven. Gooi het op papier! Nou, ik kan jullie een ding vertellen: het schrijven van een boek is wel even andere koek. Een blog van 600 woorden poep ik namelijk zo uit. Een half uur max, en het staat in volle glorie op papier. Een verhaal van omennabij 60.000 woorden is een heel ander verhaal. Dat eindigt niet zomaar even in een happily ever after.

Toch ben ik eraan begonnen, maanden geleden. Af en toe pak ik mijn laptop weer eens op mijn schoot om weer een stukje te schrijven. Vaak mondt dat uit in stukjes veranderen en geen nieuwe stukjes toevoegen. Dit zorgt voor het teleurstellende resultaat, dat ik na al die maanden, slechts zeventien pagina’s heb geschreven. Zeventien! Dat is net twee hoofdstukjes! Er is geen uitgever die daar iets mee kan. Mijn plan om in één jaar een boek te schrijven is ineens een never ending story! Tijd dus om mijn boek-schrijf-project wat nieuwe power in te blazen. Mijn challenge voor deze week was iedere dag minimaal één pagina schrijven voor mijn boek. Realistisch gezien moest ik eind van de week dus van 17 naar 24 pagina’s zijn gegaan. Eigenlijk is het uiteindelijke doel daarvan dat ik vaker even schrijf tussendoor en eigenlijk iedere week minimaal een hoofdstuk oplever. Tijd dus om mijn concept weer uit het stof te trekken.

Give yourself permission to write garbage
Na twee dagen feesten ter eren van Bea en de nieuwe koning, werd het tijd voor mijn eerste drie pagina’s van de week. Om inspiratie op te doen heb ik de afgelopen weken veel boeken gelezen van nieuwe auteurs. Het is interessant om te lezen hoe zij hun verhaal vorm hebben gegeven. In welke persoon schreven zij hun verhaal en wat vind ik eigenlijk van hun stijl? Het lezen van deze boeken gaf inspiratie voor mijn eigen verhaal. Toch wilde het schrijven niet echt lekker lukken. Op de vierde dag van deze week begon ik dan ook te vrezen dat ik misschien wel lijd aan het bekende writer’s block. Wellicht zien vele het als een excuus van schrijvers zonder doorzettingsvermogen, maar ik geloof dat het een soort faalangst is voor schrijvers. De angst dat je lezerspubliek jouw verhaal niet goed vindt. De angst dat er straks geen uitgever is die al die pagina’s, waar bloed, zweet en tranen in zitten, wil publiceren. Die angst, dát is writer’s block.

Tijd dus om te gaan googlen wat ik daar aan kon doen. Op verschillende sites vond ik verschillende tips, maar er was er maar eentje die me direct aansprak: Give yourself permission to write garbage! Zorg dat je niet iedere zin over prakkiseert, maar schrijf! Schrijf omdat je het leuk vindt! En denk niet te veel na over wat anderen er van denken. Dit was de beste tip om mij weer aan het schrijven te krijgen. Daarnaast waren er nog andere tips die ik ook zeker in acht heb genomen: bedenk van te voren wat je per keer wilt schrijven, maak een planning, en houd je daaraan.

De fundering staat!
Het belangrijkste wat ik deze week heb gedaan is een kleine hoofdstukindeling maken. Eigenlijk staat nu grotendeels het verhaal in steekwoorden op papier. Ik weet precies wat er geschreven moet worden in elk hoofdstuk. Oftewel, de fundering staat! Ik denk dat dit veel belangrijker is dan die zeven pagina’s die mezelf forceerde te schrijven. Schrijven om het schrijven werkt niet, je moet een plan hebben. Dat plan, dat is er nu. Het enige dat ik nu kan hopen, is dat de rest van Nederland mijn werk straks geen garbage vindt! Maar voor het zover is, moet ik nog zo’n 55.000 woorden schrijven.