Medaille nummer drie heeft even op zich laten wachten, maar hier is ‘ie dan eindelijk! Afgelopen zondag stond ik aan de start bij De Loop van Leidsche Rijn voor de vijf kilometer. Een kleinschalige run door de nieuwbouwwijk Leidsche Rijn in Utrecht. Een prima thuiswedstrijd waar we met de fiets naar toe konden. Voor de start was ik wel benieuwd hoe mijn schenen zich zouden houden. Ik had de laatste tijd expres rustig aan gedaan om ze zoveel mogelijk te sparen. Ze waren namelijk weer een beetje boos.

Dat is dan ook een van de redenen waarom ik de tien kilometer van de Utrecht Marathon twee weken geleden aan mij voorbij heb laten gaan. En maar goed ook, want mijn vriend heeft toen in totaal achttien kilometer gelopen. Dat had bij mij zeker niet goed gekomen. Met wat extra rust en heel langzaam trainen, voelden de schenen wel weer prima. Prima genoeg voor een vijf kilometer, want een medaille is een medaille. Ook al loop ik niet de geplande tien kilometer.

De mooiste bonus van deze loop

Dus ik stond samen met Patrick aan de start van de vijf kilometer. In totaal waren er 107 deelnemers voor deze afstand. Ik vond het wel wat schattigs hebben en vond het direct al fijn dat het dus niet dringen werd op het parcours. Nadat het startschot klonk, sprintte iedereen er als een gek vandoor. Ook ik liep iets harder dan de bedoeling was, maar pakte toen we richting de eerste kilometer gingen wel een fijn tempo. De mooiste bonus? Mijn schenen voelden goed en hebben geen pijn gedaan tijdens het lopen. Halleluja!

Ordinair windscherm

Ik liep dus lekker. Iets na de helft van de run kregen we wat harde wind tegen. Op zo’n moment is het natuurlijk heel erg fijn als je achter iemand aan kunt rennen. Voor mij liep er alleen een kleine vrouw dus daar had ikzelf niet zoveel aan. Achter mij liep echter een andere vrouw die gedacht moet hebben “zo maar dat is fijn uit de wind lopen achter deze lange dame”. Daar liep ik dan als ordinair windscherm van 1.80 meter… Ik geef haar groot gelijk overigens, maar ergens is het best irritant. Je ziet namelijk steeds vanuit je ooghoeken iemand strak achter je lopen. We moesten nog zo’n anderhalve kilometer en ik ging een beetje versnellen. Misschien raak ik haar wel kwijt dacht ik nog.

Samen over de streep

Toen de wind weg was, haalde de dame in kwestie mij in. Ik vond het op dat moment eigenlijk wel fijn om achter haar aan te lopen als een soort haas. Ongeveer 500 meter van de finish zag ik dat ik nog binnen een half uur kon finishen. Daarom zette ik de versnelling in, rende mijn achtervolgster voorbij en wenkte haar om mee te gaan. Als we het dan toch samen hebben gelopen, dan ook maar samen over de streep. In mijn ooghoeken zag ik haar op een gegeven moment alleen niet meer en de finish kwam steeds dichterbij. En precies op het moment dat ik bijna over de streep liep, rende ze mij ineens voorbij. Nou moe, word ik gewoon op het laatste moment afgetroefd!

Op naar medaille nummer vier

Na de finish heb ik haar nog even aangetikt met een duimpje omhoog. Lekker gewerkt pik. Grappig om weer even te merken dat rennen in een hardloopwedstrijd zo anders is dan tijdens een training. Je kunt elkaar, ondanks dat je elkaar helemaal niet kent, echt wel goed helpen tijdens zo’n race. Je doet net wat meer je best en dat voelde wel lekker. Ik heb lekker gelopen, zonder pijn en met een voldaan gevoel. Medaille nummer drie is binnen, op naar medaille nummer vier! Hiervoor reizen we over twee weken af naar Parijs voor de Paris 10K dwars door het centrum. Zoveel zin in!