Afgelopen zondag was het dan eindelijk zover, de dag van mijn tweede halve marathon. De dag waar ik sinds juli naar toe aan het trainen was onder begeleiding van een hardloopcoach. Ik wilde het ditmaal namelijk eens anders aanpakken en niet mezelf blesseren voor de start. Daarnaast wilde ik een snellere tijd lopen dan mijn eerste halve marathon in Parijs. Time to beat: 2:30:47.

Van tevoren was ik wel wat huiverig. Ik was gespannen vanwege de slechte generale repetities die ik de twee weken ervoor had gehad en de staat van mijn benen. Mijn schenen en kuiten deden na de vijftien kilometer van de Singelloop begin oktober toch een beetje moeilijk. Tijdens sommige runs deden mijn schenen weer pijn en ook voelden mijn benen als een blok hout. Ik was er wat onzeker van geworden, maar gelukkig heeft mijn fysio weer wonderen verricht. Met een gezonde dosis spanning stond ik zondag dus aan de start van de halve marathon van Brussel. We zouden dit varkentje wel eens gaan wassen!

Op tempo en hartslag lopen

Mijn coach had de run alvast voor mij ingedeeld qua tempo’s en hartslagzones zodat ik gedoseerd zou kunnen lopen. Doeltijd was twee uur en twintig minuten. Volgens mijn coach goed te halen gezien mijn voorbereiding. Ik vond het een beetje spannend. Het is toch een best eind lopen en tijdens de Damloop had ik ook al ruzie met mijn hartslag… In de eerste vijf kilometer moest ik mijn hartslag rond de 150 houden. In de vijf kilometer daarna mocht ik ‘m laten oplopen tot 160 slagen per minuut. Daarna zou ik ‘m in de zeven kilometer daarna verder op mogen laten lopen totdat de inspanning aanvoelt als een zeven op een schaal van nul tot tien. De laatste vier kilometer zouden mogen aanvoelen als een acht. Volg je het nog? Om een lang verhaal kort te maken: ik moest langzaam beginnen en steeds sneller gaan lopen.

Heuvelachtige halve marathon

And I did! De eerste kilometers vlogen voorbij en ik wist mijn hartslag mooi laag te houden ondanks de vele, vaak hoge, heuvels in het parcours. Ik wist dat Brussel best wel heuvelachtig is, maar dat er zoveel hoogteverschil in het parcours zou zitten… De tering… De Zevenheuvelenloop is er echt niks bij. Zo rond het twaalf kilometer punt begon ik het wel taai te krijgen. Helemaal nadat we best lang omhoog moesten lopen om vervolgens lang af te dalen. Mijn kuiten begonnen pijn te doen. Een onaangenaam gevoel, alsof ze ieder moment uit elkaar konden klappen. Ik liep echter wel nog steeds op schema. De eindtijd van twee uur en twintig minuten lag nog steeds binnen handbereik.

Met een brok in mijn keel

Mijn zwager had ons gelukkig al gewaarschuwd voor de laatste drie kilometer. Er zat hier nog even een lekkere klim in naar 100 meter hoogte. Ik had het zwaar en net toen ik het niet echt meer zag zitten, werd er op een groot scherm langs het parcours een videoboodschap van mijn zus getoond. Supporters konden hier van tevoren een boodschap voor insturen en aan de hand van je BiB werden de video’s getoond. Nou daar liep ik dan direct met een brok in mijn keel en tranen in mijn ogen. Zie dan je ademhaling nog meer weer eens goed te krijgen. Gelukkig was de laatste kilometer wel vlak en zat er nog een klein beetje energie in mijn spreekwoordelijke kan. Net voor de finish stonden mijn zus, zwager en neefje langs de kant wat ons nog een extra boost gaf.

Nieuw PR op de halve marathon

Maar zou het genoeg zijn geweest om de eindtijd van 2:20 te halen? Jazeker! Met gepaste trots kan ik zeggen dat mijn officiële eindtijd 2:20:05 is. Gewoon even tien minuten sneller dan vorig jaar! Ik ben meer dan tevreden ook al heb ik net vijf seconden te ‘langzaam’ gelopen. Volgend jaar ga ik mijn tijd alleen niet verbeteren op de halve marathon. Ik denk namelijk niet dat het mijn afstand is. Komend jaar zit ik echter zeker niet stil! Het is namelijk weer een 12 medailles in 12 maanden jaar en ik sta inmiddels voor de eerste runs al ingeschreven. Verder dan de 10 Engelse mijlen van de Damloop ga ik komend jaar niet lopen. Wie weet in 2020 weer. 😉