Meedoen aan een obstacle run? Ben je gek! Een beetje in een bak modder rollen om daarna kapot te gaan op obstakels die onmogelijk te halen zijn? Mij niet gezien! Dat was ik ten voeten uit vóór oktober 2014. Ik had je uitgelachen als je tegen mij had gezegd dat ik ooit zou meedoen aan een obstacle run. En nu? Een kleine anderhalf jaar later heb ik inmiddels vier obstacle runs gedaan en til ik de uitdaging van de mud run dit jaar naar een geheel nieuw niveau. Deze zomer ga ik meedoen aan de negentien kilometer lange Strong Viking obstacle run in Wijchen. Oh my….
Zo’n idee ontstaat natuurlijk niet van de één op de andere dag. Mijn vriend is een fervent obstacle racer en he eats them for breakfast. Hij komt zijn bed niet uit voor een run die korter is dan dertien kilometer. Slechts één keer heeft hij een zeven kilometer gedaan, maar dat was nadat hij al een negentien kilometer achter de kiezen had. Hij rende toen met het 52Challenge team mee en deed langer over die zeven kilometer met ons dan over zijn eigen negentien kilometer in de ochtend. Dat geeft misschien direct een beetje zijn niveau aan: hij is echt goed en megasnel.
Je moet jezelf blijven uitdagen
Omdat hij altijd in geuren en kleuren verteld over zijn races, raakte ik toch wel nieuwsgierig naar hoe het zou zijn om ook zo’n lange afstand te lopen. Mijn langste mud run is tien kilometer geweest en ik sta ook dit jaar weer ingeschreven voor de Caveman run in Valkenburg. Je moet jezelf echter blijven uitdagen en een tien kilometer lange run is gewoon niet meer genoeg. De afspraak om samen de negentien kilometer van de Strong Viking Water Edition te lopen in juni was na het uitspreken van mijn nieuwsgierigheid dan ook snel gemaakt. En daarna pas begon ik na te denken: what have I done???
Ik vroeg mijn vriend daarom maar hoe ik mij het best kon voorbereiden op de run. Ik kan mij namelijk zo voorstellen dat de training voor zo’n soort race nu al wel moet beginnen. Die negentien kilometer lopen zichzelf natuurlijk niet. Helaas…. Qua afstand zou het echter wel goed komen volgens mijn vriend. Ik kan immers ook ‘gewoon’ zestien kilometer hardlopen tijdens de Damloop. Dus dat lopen zit wel snor. Bovendien ren je die afstand niet in één keer en heb je steeds een obstakel als ‘fijn’ rustpunt.
Fysiek en mentaal kapot
Waar ik mij dan wel op moest voorbereiden? Dat ik mentaal helemaal kapot ga. Dat ik 73 keer (dit was het exacte aantal dat hij zei) ga denken: “ik stop ermee” wanneer ik in de buurt van de start en finish komt. Dat ik mijzelf ga afvragen waarom ik dit ook alweer deed. Deed ik dit nou omdat ik het zogenaamd leuk vond??? Daarnaast moet ik mij voorbereiden op de kou, want ook in de zomer ga ik het steenkoud krijgen door de modder en het water. De combinatie van mentale en fysieke afmatting gaat interessant worden denk ik. Tel daar nog een twaalf meter hoge fjord drop (hele steile glijbaan) bij op en je hebt een succesformule. Opgeven is echter geen optie dus ik weet nu al dat ik die negentien kilometer zeker volmaak. Ik weet alleen niet of ik tijdens de run zo’n held ben dat ik mijn angst voor hoogtes aan de kant kan schuiven en als een echte stoere viking naar beneden kan glijden. Ik heb namelijk al eens eerder met tranen in mijn ogen bovenaan een glijbaan gezeten en die was aanzienlijk minder hoog… Toen ben ik overigens wel gegaan, dus time will tell!
Sharing is caring:
- Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op Pinterest te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend)
Related posts
Over Marijke
Marijke schrijft blogs over hardlopen, eten en reizen. Ze vliegt het liefst de hele wereld over en gaat geen uitdaging uit de weg. Haar doel voor 2019? Weer 12 medailles in 12 maanden behalen op haar hardloopschoenen.